top of page

Reglement Curling

U hebt het wellicht wel eens ergens op de televisie gezien, curling, een Olympische sport sinds 1996.

Het is een spel dat officieel wordt gespeeld op banen van 42,5 bij 4 meter en wel met granieten stenen van circa 20 kilo per stuk. Bij ons wordt dit spel niet met stenen gespeeld, maar met houten schijven. De banen die wij  gebruiken zijn ook korter: circa twintig meter. De spelregels lijken sterk op die van curling, maar er zitten elementen in van het meer bekende jeu de boules.

Hetgeen hierna volgt zijn de kaders binnen welke het spel gespeeld wordt.

​

Het materiaal

  1. Teams van minimaal vier, maximaal acht personen. Eén ervan is de captain, maar er kan ook een non playing captain zijn.

  2. Acht schijven met handvatten daarop per team, de schijven zijn per team verschillend van kleur

  3. Banen met een korte aanloop

  4. Op enkele meters vóór het einde van de baan bevindt zich een ‘curlhouse’, het rood-wit-blauwe speldoel op het ijs.

  5. Houten balken die het einde van de baan en de zijkanten ervan markeren

  6. Goed schoeisel en kleding die bij de temperatuur past (bij voorkeur per team herkenbaar)

​

Het spel

  1. De toss bepaalt welk team mag beginnen

  2. Iedere speler heeft een of twee schijven (totaal dus acht per team in dezelfde kleur)

  3. Het team dat de toss wint (team A) laat de eerste schijf naar de cirkel glijden

  4. Men doet dit door (eventueel met een korte aanloop) de schijf op het ijs richting het curlhuis te schuiven. Vanaf welk punt van de startmat u speelt bepaalt u zelf, dit hoeft dus niet noodzakelijkerwijze vanuit het midden

  5. Vervolgens schuift team A ook zijn tweede schijf. Het maakt niet uit welke speler van een team speelt, daar is geen vaste volgorde in

  6. Daarna speelt team B twee schijven en probeert daarmee een positie op het ijs te verwerven die beter is als die van team A

  7. Daarna blijft het slechtst liggende team aan de beurt totdat ze beter komen te liggen dan de tegenstander of de schijven op zijn, de tegenstander blijft vervolgens aan de beurt totdat zij weer als beste liggen of alle schijven op zijn

  8. Het team dat de speelronde (een end) heeft gescoord begint het volgende end

  9. Er worden 3 ends per wedstrijd gespeeld. In totaal wordt er per wedstrijd maximaal 20 minuten gespeeld. Na 15 minuten geeft de wedstrijdleider een signaal. Dit signaal houdt in dat het end dat dan gespeeld wordt door mag gaan, een nieuw end wordt niet meer begonnen. Als de 3 ends nog niet gespeeld zijn, wordt het spel na maximaal 20 minuten beëindigd. De schijven die dan op het ijs liggen zijn nog medebepalend voor de score. 

  10. Het team dat een wedstrijd wint krijgt twee wedstrijdpunten plus het saldo van de score. Wint een team zo met 8 – 3, dan is voor het winnende team de score 2 (+ 5) en voor het verliezende team 0 (–5). Bij een gelijke stand krijgt ieder team één punt met saldo nul.

 

De spelmethodiek en regels

  1. Je kunt zo spelen dat het je doel is zo dicht mogelijk bij het centrum van de cirkel (de Dolly) te komen; dat heet een ‘draw’

  2. Als de tegenstander zo goed ligt dat verbeteren van de positie niet – of bijna niet mogelijk is mag een team met zijn schijf de schijf van de tegenstander wegstoten, dat heet een ‘take-out’

  3. Men mag via de schijven van de tegenpartij spelen en via de houten zijkant van de baan

  4. Schijven die de balk achterin de baan raken zijn uit en worden onmiddellijk uit het spel genomen. Dit doet de scheidsrechter door deze schijven achter de eindbalk te leggen.

  5. Komt door een fout van de werper een schijf ondersteboven in de baan, dus met het handvat op het ijs, dan stopt de scheidsrechter die schijf en neemt hem uit de baan. Deze schijf mag in deze werpronde niet opnieuw worden gespeeld

​

De score

  1. Als alle schijven gespeeld zijn is de score als volgt: enkel de schijven die binnen het curlhouse liggen of deels op de blauwe ring liggen kunnen scoren. De telling gebeurt vanuit de witte (binnen de rode) stip in het curlhouse, de dolly; de schijf die daar het dichtste bij ligt is een punt, de ploeg aan wie die schijf behoort is de ploeg die scoort in die speelronde. Die schijf wordt vervolgens weggenomen en dan wordt er bekeken tot welk team de dan het dichtst bij de dolly gelegen schijf behoort. Is die van hetzelfde team als van de eerder weggenomen schijf, dan is dat nog een punt voor de scorende partij. Zo ga je door totdat je een schijf tegenkomt die van de niet scorende ploeg is

  2. In totaal kunnen dus in één zo’n speelronde (een end) in theorie maximaal acht punten worden gescoord

  3. Ligt er na een speelronde geen enkele schijf (deels) in het curlhouse, dan is er geen score en wordt een nieuw end gespeeld. Dat end wordt begonnen door het team dat ook het laatst gespeelde end begon

 

De scheidsrechter

De scheidsrechter beslist in alle gevallen dat een beroep op hem wordt gedaan. Daarnaast treedt deze op bij onreglementair – of gevaarlijk spel of in gevallen waarin dit reglement niet voorziet.

 

Terminologie

Curlhouse      

de rood-wit-blauwe cirkels waarbinnen gescoord kan worden

Dolly          

het witte ( binnen het rode) centrum van het curlhouse

Draw           

een schijf die gespeeld wordt met als doel zo dicht mogelijk bij de dolly te komen

Take-out       

een schijf die gespeeld wordt met als doel een schijf van de tegenstander weg te spelen

Guard          

een schijf die ‘te kort’ gespeeld wordt, niet met de bedoeling te scoren, maar om het spel van de tegenstander te bemoeilijken

Turn-over      

een schijf die ondersteboven op het ijs komt en door de scheidsrechter moet worden verwijderd

Coaching     

Coaching door de captain en coaching van elkaar is zeer belangrijk, techniek is van groot belang, maar tactiek is minstens zo belangrijk.

 

Help elkaar, wees een team.

Veel  curlplezier tijdens Roosendaal on Ice!

sneeuwvlok.png

Mis niks, volg ons op social media:

  • Facebook
  • Instagram
schaatsen3.jpg
schaatsen4.jpg
sneeuwvlok.png
bottom of page